Programma 6: Bedrijfsvoering

6.1 Mensen

Begroting

De organisatie ontwikkelt zich en om blijvend de provinciale taken te kunnen uitvoeren is een kwalitatief en kwantitatief goede personele bezetting nodig. Een bezetting die nu en in de toekomst in staat is de provinciale opgave te realiseren, binnen de daarvoor beschikbare budgetten. Er wordt gewerkt met een meerjarige capaciteitsraming van de benodigde personeelscapaciteit voor het uitvoeren van de provinciale taken (kwantiteit). Bij deze raming wordt ook gekeken welke vaardigheden/kwaliteiten nodig zijn om deze taken te kunnen uitvoeren (kwaliteit) en welke capaciteit beschikbaar is.

Resultaat bestuursakkoord
60. er zijn meerdere succesvolle voorbeelden van shared services en gedeeld werkgeverschap tussen de Friese overheden

Welke resultaten willen we in 2020 behalen?

• een vitale en gezonde personeelssamenstelling
• verhouding provinciaal dienstverband en inhuur in balans brengen met capaciteitsvraag
• Instroom en uitstroom bevorderen gericht op het beïnvloeden van de personeelssamen-stelling

Voorstellen bestuursakkoord - Bedragen x € 1.000,-

  • Resultaat
  • 0
  • Totaal lasten
  • Omschrijving
  • Personele inzet
  • 2020
  • 5.000
  • 5.000
  • 2021
  • 5.000
  • 5.000
  • 2022
  • 4.000
  • 4.000
  • 2023
  • 4.000
  • 4.000
* Met de keuze voor budgetsturing voor het Strategisch personeelsplan is het aantal fte geen doel op zich zelf. Omvang en samenstelling bezetting moet passen binnen de kaders van het bedrijfsvoeringbudget.

Wat mag het kosten?

In het capaciteitsbudget zijn de volgende onderstaande bedragen meegenomen voor externe inhuur:

Naast de post voor externe inhuur is in de begroting 2020-2023 er een bedrag meegenomen voor budget voormalig personeel (€ 575.000), frictiekosten (€ 425.000) en opslag voor salarissen (€ 575.000).

Onderstaande voorstellen bestuursakkoord zijn verwerkt in onderstaande tabel.

Eerste bestuursrapportage

Gewenste resultaten

Beleid

  • Het gewenste resultaat zoals in de begroting is gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is inhoudelijk niet geheel gehaald
  • Het voorgenomen gewenst resulaat zoals beschreven in de begroting is Inhoudelijk niet gehaald

Tijd

  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is binnen de afgesproken tijd gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is niet geheel op tijd gehaald
  • Het voorgenomen gewenste resulaat zoals beschreven in de begroting is niet op tijd gehaald

Geld

  • T.a.v. het onderdeel geld is er geen afwijking (Overschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000 en Onderschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van onderbesteding (Onderschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van overbesteding (Overschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  Beleid Tijd Geld
1 Een vitale en gezonde personeelssamenstelling
2 Verhouding provinciaal dienstverband en inhuur in balans brengen met capaciteitsvraag
3 Instroom en uitstroom bevorderen gericht op het beïnvloeden van de personeelssamenstelling

Toelichting:

2.    Uitgangspunt voor de uitvoering van provinciale taken is om vast werk met eigen medewerkers uit te voeren en om in te huren waar dat passend is. Een beperking van de inzet van inhuur is hiervan het gevolg. De onderlinge verhouding is meer in balans gebracht met de capaciteitsvraag. Het blijft echter een thema waar continue sturing op nodig is, ook in relatie tot sturing op het totaal beschikbare budget.
3.    Een belangrijk aspect van capaciteitsvraag en -aanbod is de afstemming van de veranderingen in de personeelssamenstelling als gevolg van mobiliteit. Bij de vervangingsbehoefte wordt invulling gegeven aan instroom van groepen die de personeelssamenstelling kunnen beïnvloeden. Er is meer personeel ingestroomd om de werkzaamheden uit het Bestuursakkoord te kunnen uitvoeren en t.b.v. een evenwichtige leeftijdsopbouw. Dit aantal ligt hoger dan de gegenereerde uitstroom, waarbij relevant is dat in 2020 en opvolgende jaren in totaal een forse uitstroom door natuurlijk verloop wordt gerealiseerd.

Prestatie indicatoren

Onderwerp Indicator Doelwaarde 2020 Prognose 2020
Ziekteverzuim Percentage ziekteverzuim 4,5%
Inhuur Omvang externe inhuur 8,6 mln./13%
Bezetting Aantal fte’s in provinciaal dienstverband * 645 fte/87%
Traineeprogramma Instroom in programma 10 trainees 10
Participatiebanen Uitbouw instroom mensen met afstand tot arbeidsmarkt conform quotumwet 6 fte (tov totaal van 20 fte)

Toelichting:

Inhuur en bezetting
De prognose voor de totale inhuurkosten is € 12 mln. Inclusief de verplichtingen voor de rest van het jaar verwachten we qua inhuur en bezetting hoger uit te komen dan de begroting 2020. Dit laat zich verklaren door extra benodigde investeringen van buitenaf om onze provinciale taken uit te kunnen voeren en de benodigde investering in personeel om de resultaten uit het Bestuursakkoord te kunnen realiseren. Daarnaast zijn er nieuwe projecten bijgekomen inclusief personele dekking.
Voorbeelden zijn de extra dekking voor de aanpak stikstof (€ 700.000); gebiedsontwikkeling stikstof (€ 1 mln); extra dekking infrastructurele projecten (1,9 mln) en bijdragen van derdern voor projecten/taken als de RES economie, Friese taal, Landbouw regiodeals, Interreg en Bodemconvenant. Bij de 1e bestuursrapportage is nog een extra dekking opgenomen van € 801.000,- voor bijvoorbeeld het programma Veenweide (zie begrotingswijzigingen 1e Berap).

Op 1 april bedroeg de stand van de bezetting van medewerkers in provinciale dienst 712 fte.
Rekening houdend met voorziene uitstroom in 2020 vanwege pensionering en einde tijdelijk dienstverband komt de prognose voor bezetting uit rond de 690 fte. Hierin is meegenomen een noodzakelijke herbezetting van 50% voor die situaties waar de noodzakelijke continuering van werkzaamheden niet intern opgelost kan worden.
Deze prognose is beduidend hoger dan de doelwaarde in de begroting voor 2020. Die doelwaarde is medio 2019 bepaald op basis van de toen beschikbare gegevens.
Hierin kon niet worden meegenomen dat in het tweede deel van 2019 de bezetting is uitgebreid met 17 fte. Ook het eerste kwartaal van 2020 heeft een sterke toename laten zien van de instroom met 50 fte in provinciale dienst. Deze toename is met name veroorzaakt door het overhevelen van 20 brugwachters vanuit inhuur naar provinciaal dienstverband en het omzetten van tijdelijke contracten en inhuur naar vaste dienstverbanden. Deze omzetting heeft te maken met het uitgangspunt dat structurele taken worden uitgevoerd door vaste medewerkers. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het strategisch personeelsbeleid.

Om binnen het beschikbare capaciteitsbudget te sturen op deze prognoses streven we naar een maximale inzet van de eigen medewerkers via de pools en beheersen we de kosten voor het aantrekken van eigen personeel of inhuur.

Partcipatiebanen
Als provincie stellen we ons ten doel om een inclusieve werkgever te zijn. Ten behoeve van de provincie werken ca. 24 fte medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt bij de provincie, ca. 14 fte daarvan zijn in eigen dienst. De rest is in dienst bij partijen waar de provincie werk aan uitbesteedt, en waarin we afspraken hebben gemaakt over participatie.
Onze doelstelling is om het aantal participatiebanen in eigen dienst uit te breiden naar 20 in 2020. We merken echter dat het aanbod aan kandidaten momenteel beperkt is en moeten daarnaast ook extra inzet plegen om juiste plekken te vinden. Het beschikbare potentieel is beperkt en het blijft zoeken naar een werkbare match. We zien noodzaak de prognose daarom iets bij te stellen.

Tweede bestuursrapportage

Gewenste resultaten

Beleid

  • Het gewenste resultaat zoals in de begroting is gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is inhoudelijk niet geheel gehaald
  • Het voorgenomen gewenst resulaat zoals beschreven in de begroting is Inhoudelijk niet gehaald

Tijd

  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is binnen de afgesproken tijd gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is niet geheel op tijd gehaald
  • Het voorgenomen gewenste resulaat zoals beschreven in de begroting is niet op tijd gehaald

Geld

  • T.a.v. het onderdeel geld is er geen afwijking (Overschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000 en Onderschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van onderbesteding (Onderschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van overbesteding (Overschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  Beleid Tijd Geld
1 Een vitale en gezonde personeelssamenstelling
2 Verhouding provinciaal dienstverband en inhuur in balans brengen met capaciteitsvraag
3 Instroom en uitstroom bevorderen gericht op het beïnvloeden van de personeelssamenstelling

Toelichting:

2. Uitgangspunt voor de uitvoering van provinciale taken is om vast werk met eigen medewerkers uit te voeren en om in te huren waar dat passend is. Vanuit dit uitgangspunt werken we aan een beperking van de inzet van inhuur en de onderlinge verhouding is meer in balans gebracht met de capaciteitsvraag. Het onderscheid tussen salariskosten en inhuur is daarbij minder relevant. De lasten voor salarissen zijn het grootste onderdeel van het capaciteitsbudget en deze kunnen fluctueren. Dat maakt dat het beschikbare budget voor inhuur ook fluctueert. De sturing op de inzet van eigen medewerkers op vaste taken en op de inhuur is een continue proces, net als de sturing op het totale beschikbare budget capaciteitsbudget.

3. Een belangrijk aspect van capaciteitsvraag en -aanbod is de afstemming van de veranderingen in de personeelssamenstelling als gevolg van mobiliteit. Bij de vervangingsbehoefte wordt invulling gegeven aan instroom van groepen die de personeelssamenstelling kunnen beïnvloeden. Er is meer personeel ingestroomd om de werkzaamheden uit het Bestuursakkoord te kunnen uitvoeren met aandacht voor een evenwichtige leeftijdsopbouw. Dit aantal ligt hoger dan de gegenereerde uitstroom, waarbij relevant is dat in 2020 en opvolgende jaren in totaal een forse uitstroom door natuurlijk verloop wordt gerealiseerd.

Prestatie indicatoren

Onderwerp Indicator Doelwaarde 2020 Prognose 2020
Ziekteverzuim Percentage ziekteverzuim 4,5%
Inhuur Omvang externe inhuur 8,6 mln./13%
Bezetting Aantal fte’s in provinciaal dienstverband 645 fte/87%
Traineeprogramma Instroom in programma 10 trainees 10
Participatiebanen Uitbouw instroom mensen met afstand tot arbeidsmarkt conform quotumwet 6 fte (tov totaal van 20 fte)

Toelichting:

Inhuur en bezetting
Op 1 juli bedroeg de stand van de bezetting van medewerkers in provinciale dienst 718 fte.

Rekening houdend met voorziene uitstroom in 2020 vanwege pensionering en einde tijdelijk dienstverband komt de prognose voor bezetting uit rond de 700 fte. Hierin is meegenomen een noodzakelijke herbezetting van 50% voor die situaties waar de noodzakelijke continuering van werkzaamheden niet intern ingevuld kan worden.
Deze prognose is beduidend hoger dan de doelwaarde in de begroting voor 2020. Die doelwaarde is medio 2019 bepaald op basis van de toen beschikbare gegevens.
Hierin kon niet worden meegenomen dat in het tweede deel van 2019 de bezetting is uitgebreid met 17 fte. Ook het eerste kwartaal van 2020 heeft een sterke toename laten zien van de instroom met 50 fte in provinciale dienst. Deze toename is met name veroorzaakt door het overhevelen van 20 brugwachters vanuit inhuur naar provinciaal dienstverband en het omzetten van tijdelijke contracten en inhuur naar vaste dienstverbanden. Deze omzetting heeft te maken met het uitgangspunt dat structurele taken worden uitgevoerd door vaste medewerkers. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het strategisch personeelsbeleid.

Om binnen het beschikbare capaciteitsbudget te sturen op deze prognoses streven we naar een maximale inzet van de eigen medewerkers via de pools en beheersen we de kosten voor het aantrekken van eigen personeel of inhuur.

Partcipatiebanen
Als provincie stellen we ons ten doel om een inclusieve werkgever te zijn. Ten behoeve van de provincie werken ca. 24 fte medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt bij de provincie, ca. 14 fte daarvan hebben rechtstreeks bij de provincie een baan in de zin van de participatiewet (participatiestatus). De rest is in dienst bij partijen waar de provincie werk aan uitbesteedt, waarbij we afspraken hebben gemaakt over participatie.

Onze doelstelling is om het aantal participatiebanen in eigen dienst uit te breiden naar 20 in 2020. In de eerste Bestuursrapportage 2020 hebben we aangegeven dat het behalen van de doelstelling onder druk stond omdat het aanbod aan kandidaten beperkt is en we extra inzet moeten plegen om juiste plekken te vinden. Met een aangenomen motie is de wens vanuit Provinciale Staten om de doelstelling te behalen nog eens extra benadrukt. Inmiddels heeft zich de kans voorgedaan om enkele nieuwe banen te creëren, met name in de buitendienst, waarmee we verwachten de doelstelling voor 2020 ad 20 fte participatiebanen te zullen halen. We houden wel rekening met de gevolgen van het thuiswerken in plaats van op kantoor. Het effect kan zijn dat dit de mogelijkheden voor het inzetten van participtiebanen verkleint.

Jaarstukken

Wat wilden we bereiken?

De organisatie ontwikkelt zich en om blijvend de provinciale taken te kunnen uitvoeren is een kwalitatief en kwantitatief goede personele bezetting nodig. Een bezetting die nu en in de toekomst in staat is de provinciale opgaven te realiseren, binnen de daarvoor beschikbare budgetten. Er is gewerkt met een meerjarige capaciteitsraming van de benodigde personeelscapaciteit voor het uitvoeren van de provinciale taken (kwantiteit). Bij deze raming is ook gekeken welke vaardigheden/kwaliteiten nodig zijn om deze taken te kunnen uitvoeren (kwaliteit) en welke capaciteit beschikbaar is.

Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie)

Beleidsvelden

  Ligt de doelrealisatie op schema? Zijn de gewenste resultaten behaald? Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
6.1 Mensen

Toelichting:

Bij de begroting 2020 hebben Provinciale Staten de reserve capaciteitsbudget ingesteld. Deze reserve is bedoeld om tijdens de periode van het bestuursakkoord het capaciteitsbudget flexibel te kunnen inzetten. 2020 stond wat dat betreft in het teken van het ‘neerzetten’ van de ambities uit het bestuursakkoord. Voor het neerzetten van die ambities hebben we op een aantal plekken personeel aangenomen en/of ingehuurd. In de paragraaf bedrijfsvoering lichten we dit verder toe.

Hebben we de gewenste resultaten bereikt?

Gewenste resultaten

Beleid

  • Het gewenste resultaat zoals in de begroting is gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is inhoudelijk niet geheel gehaald
  • Het voorgenomen gewenst resulaat zoals beschreven in de begroting is Inhoudelijk niet gehaald

Tijd

  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is binnen de afgesproken tijd gehaald
  • Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is niet geheel op tijd gehaald
  • Het voorgenomen gewenste resulaat zoals beschreven in de begroting is niet op tijd gehaald

Geld

  • T.a.v. het onderdeel geld is er geen afwijking (Overschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000 en Onderschrijding is kleiner dan 10% en kleiner dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van onderbesteding (Onderschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  • T.a.v. het onderdeel geld is er sprake van overbesteding (Overschrijding groter dan 10% en groter dan € 50.000).
  Beleid Tijd Geld
1 Een vitale en gezonde personeelssamenstelling
2 Verhouding provinciaal dienstverband en inhuur in balans brengen met capaciteitsvraag
3 Instroom en uitstroom bevorderen gericht op het beïnvloeden van de personeelssamenstelling

Toelichting:

1. Sinds begin vorig jaar is er overleg gaande over het realiseren van vitaliteitsverlof als onderdeel van het vitaliteitsbeleid bij de provincie Fryslân. Van Gedeputeerde Staten tot bonden en bij de Ondernemingsraad (OR) zijn er signalen dat het maken van afspraken in deze zeker gewenst is. Het bevorderen en faciliteren van vitaliteit en duurzame inzetbaarheid maakt wezenlijk onderdeel uit van het Strategische Personeelsbeleid zoals verwoord in ons organisatieplan. Over de voorwaarden voor dit vitaliteitsverlof liggen de standpunten van bestuur & directie en de OR nog uiteen. Ook moet hier worden gewezen op de ingrijpende uitwerking van de maatregelen in het kader van de coronacrisis op de werkomstandigheden van vele medewerkers. Van plotseling thuis moeten werken in maart/april met enige terugkeer naar kantoor eindigend in opnieuw thuiswerkend inzetten voor de provincie. Wij hebben onze medewerkers hierin gesteund en gefaciliteerd en zullen hier blijvend aandacht aan geven. In het bijzonder hebben wij daarbij aandacht voor situaties en individuen die dreigen vast te lopen.
2. Uitgangspunt voor de uitvoering van provinciale taken is om vast werk zo veel mogelijk met eigen medewerkers uit te voeren en om in te huren waar dat passend is. Vanuit dit uitgangspunt werken we aan een beperking van de inzet van inhuur en de onderlinge verhouding is meer in balans gebracht met de capaciteitsvraag. Het onderscheid tussen salariskosten en kosten voor inhuur is daarbij minder relevant. De lasten voor salarissen zijn het grootste onderdeel van het capaciteitsbudget en deze kunnen fluctueren. Dat maakt dat het beschikbare budget voor inhuur ook fluctueert. De sturing op de inzet van eigen medewerkers op vaste taken en op de inhuur is een continu proces, net als de sturing op het totale beschikbare capaciteitsbudget. Binnen het capaciteitsbudget hebben we in 2020 een deel van de reserve capaciteit ingezet. We lichten dit verder toe in de paragraaf bedrijfsvoering.
3. Een belangrijk aspect van capaciteitsvraag en -aanbod is de afstemming van de veranderingen in de personeelssamenstelling als gevolg van mobiliteit. Bij de vervangingsbehoefte wordt invulling gegeven aan instroom van groepen die de personeelssamenstelling kunnen beïnvloeden. Er is meer personeel ingestroomd om de werkzaamheden uit het bestuursakkoord te kunnen uitvoeren en t.b.v. een evenwichtige leeftijdsopbouw. Dit aantal ligt hoger dan de gegenereerde uitstroom, waarbij relevant is dat in 2020 en opvolgende jaren in totaal een forse uitstroom door natuurlijk verloop wordt gerealiseerd. Dit is een continu proces en onderdeel van de strategische personeelsplanning.

Prestatie indicatoren

Onderwerp Indicator Doelwaarde 2020 Realisatie 2020
Ziekteverzuim Percentage ziekteverzuim 4,5% 4,2%
Inhuur Omvang externe inhuur 8,6 mln./13% 13,5 mln./ 18%
Bezetting Aantal fte’s in provinciaal dienstverband 645 fte/87% 739 fte/ 82%
Traineeprogramma Instroom in programma 10 trainees 10 7
Participatiebanen Uitbouw instroom mensen met afstand tot arbeidsmarkt conform quotumwet 6 fte (t.o.v. totaal van 20 fte) 5

Toelichting:

Ziekteverzuim
Het ziekteverzuim is procentueel sterk gedaald van 5,1% naar 4,2% ten opzichte van 2019.  Daarmee is de doelstelling voor 2020 ruimschoots gehaald. De grootste daling is ontstaan na de invoering van thuiswerkmaatregelen vanwege de coronacrisis. We volgen dit op de voet, samen met de bedrijfsarts en het management.

Inhuur
De verhouding inhuur 18% en bezetting 82% in 2020 is sterk beïnvloed door zowel de instroom van eigen personeel als de toename van inhuur. We lichten dit in de paragraaf bedrijfsvoering verder toe.

Bezetting
In 2020 hebben we op een aantal plekken inzet georganiseerd op het bestuursakkoord om de ambities en resultaten te kunnen realiseren. Dit heeft geleid tot een hogere bezetting van medewerkers in provinciale dienst eind 2020 (739 fte)  dan de doelwaarde in de begroting voor 2020. In 2021 komen we in de fase van de uitvoering en zal deze inzet ook weer afnemen. Een andere oorzaak is het overhevelen van 20 brugwachters vanuit inhuur naar provinciaal dienstverband en het omzetten van tijdelijke contracten en inhuur naar vaste dienstverbanden. Deze omzetting heeft te maken met het uitgangspunt dat structurele taken worden uitgevoerd door vaste medewerkers. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het strategisch personeelsbeleid.

Om binnen het beschikbare capaciteitsbudget te blijven streven we naar een maximale inzet van de eigen medewerkers via de pools en beheersen we de kosten voor het aantrekken van eigen personeel of inhuur.

Traineeprogramma en participatiebanen
De instroom in 2020 van 7 trainees en 5 participatiebaners is licht achtergebleven bij de gestelde doelen. Met name de uitbreiding van het aandeel medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt is in 2020 zwaar bemoeilijkt door de thuiswerkmaatregelen vanwege de coronacrisis. Dit vraagt blijvende aandacht om met deze groep te kunnen blijven voldoen aan de gestelde doelen.

Print deze pagina