De beschikbare weerstandscapaciteit is de optelsom van alle elementen uit de provinciale financiële huishouding die we daadwerkelijk kunnen inzetten om onvoorziene, niet begrote kosten te dekken. Deze elementen behoren alleen tot de weerstandscapaciteit als hierdoor de continuïteit van het bestaande beleid niet wordt aangetast. Bovendien mag er niet al een bestemming aan gegeven zijn.
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit:
- reserves waar geen claim op rust. Dit zijn de reserves ná verwerking van vastgestelde beleidsverplichtingen, uitgesplitst in algemene en bestemmingsreserves;
- stille reserves. Vanwege de aard van deze reserves worden ze bij voorbaat niet gekwantificeerd, maar als p.m.-post opgenomen;
- onbenutte belastingcapaciteit. Deze kent een structureel karakter in de berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit.
Hieronder is de beschikbare weerstandscapaciteit ten opzichte van weerstandscapaciteit zoals berekend in de jaarstukken 2018 weergegeven.
Beschikbare weerstandscapaciteit
- Type beschikbare weerstandscapaciteit -Bedragen x € 1.000,-
- Reserves:
- Algemene reserve
- Algemene reserve, vrij aanwendbaar (VAR)
- Bestemmingsreserves
- Stille reserves
- Onbenutte belastingcapaciteit
- Totaal beschikbare weerstandscapaciteit
- Waarvan:
- Structureel
- Incidenteel
-
31-12-2018 (jaarrekening 2018)
- 10.000
- 199.300
- 304.800
- 0
- 33.400
- 547.500
- 33.400
- 514.100
-
1-1-2020 (begroting 2020)
- 10.000
- 42.000
- 239.500
- 0
- 22.500
- 314.000
- 22.500
- 291.500
Reserves
De reserves van de provincie Fryslân bedragen op kasbasis per 31 december 2019 € 760 mln. Er rusten op deze reserves echter vastgestelde beleidsverplichtingen: verplichtingen die zijn vastgesteld door Provinciale Staten via begrotingen en begrotingswijzigingen. Voor de bepaling of de reserves in aanmerking komen voor de beschikbare weerstandscapaciteit moeten deze verplichtingen in mindering worden gebracht op de stand van de reserve. Hieronder wordt de stand van de reserves eind 2019
aangegeven zowel op kasbasis als op transactiebasis.
Reserves
- Reserve - (bedragen x € 1.000)
- Algemene reserve
- Basisreserve
- Vrij aanwendbare reserve
- Subtotaal algemene reserve
- Bestemmingsreserves
- Dekkingsreserve afschrijvingen
- Bijdrage activa in eigendom van derden
- Vml. BDU Verkeer en Vervoer
- Aankoop natuurterreinen (fase 1)
- Natuurpact
- Nuon subsidie Wurkje foar Fryslân
- De nieuwe afsluitdijk
- Gebiedsbudget
- Generatiepact
- Tijdelijke budgetten
- Breed cofinancieringsbudget
- Risicobuffer revolverende middelen
- Weerstandsbuffer
- Subtotaal bestemmingsreserves
- Totaal
-
Saldo op kasbasis eind 2019
- 10.000
- 180.129
- 190.129
- 267.098
- 25.534
- 30.130
- 909
- 9.557
- 4.969
- 5.679
- 17
- 1.161
- 19.150
- 265
- 105.121
- 100.000
- 569.591
- 759.720
-
Saldo op transactiebasis
- 10.000
- 42.000
- 52.000
- 0
- 0
- 30.130
- 909
- 3.182
- 119
- 0
- 17
- 0
- 0
- 0
- 105.121
- 100.000
- 239.478
- 291.478
Toelichting:
Algemene reserve
De algemene reserve is opgebouwd van uit een basisreserve van € 10 mln. en de vrij aanwendbare reserve. De stand van de vrij aanwendbare reserve is conform het financieel kader opgenomen, stand einde bestuursperiode. Hierbij is rekening gehouden met € 20 mln beschikbaar voor deze bestuursperiode en een minimale stand van de VAR van € 10 mln. Zie hoofdstuk 3 Financiële begroting.
Bestemmingsreserves
De bestemmingsreserves bestaan uit een aantal posten:
De dekkingsreserve afschrijvingen wordt de komende jaren ingezet om de afschrijvingslasten van infrastructurele projecten af te dekken.
De reserve bijdrage activa in eigendom van derden is bedoeld voor onze bijdrage in deze projecten. Conform de notitie vereenvoudiging financieel beleid 2019 worden deze kosten niet meer geactiveerd.
De reserve vml. BDU Verkeer en vervoer zal de komende jaren worden ingezet voor de uitvoering van een aantal projecten waaronder de 4e trein Leeuwarden- Meppel/Groningen.
De reserve natuurpact zal de komende jaren worden ingezet voor de uitvoering van dit natuurpact.
De reserve Nuon subsidie wurkje foar Fryslân wordt ingezet voor de afwikkeling van het programma Wurkje foar Fryslân.
De reserve tijdelijke budgetten is volledig belegd.
De risicobuffer is bedoeld voor het opvangen van het risico van de uitgezette en nog uit te zetten revolverende middelen. (zie paragraaf financieringen).
De weerstandsbuffer is bedoeld voor het opvangen van het risico zoals berekend in de stresstest (bijgevoegd bij deze begroting).
De overige bestemmingsreserves tellen mee voor de beschikbare weerstandscapaciteit voor
zover daar nog geen concrete verplichtingen voor zijn aangegaan. Overigens heeft het
eventueel moeten inzetten van deze bestemmingsreserves voor het opvangen van risico’s
wel tot gevolg dat de beoogde resultaten bijgesteld moeten worden.
Stille reserves
Stille reserves zijn de meeropbrengsten van direct verkoopbare activa, waarvan de verkoopwaarde hoger is dan de boekwaarde. Bij de provincie Fryslân gaat het om stille reserves op de dienstwoningen, gronden en deelnemingen. Naast enkele kleine deelnemingen zijn het aandeelhouderschap van Alliander en Vitens onze grootste deelnemingen.
Stille reserves maken slechts deel uit van de beschikbare weerstandscapaciteit als het betreffende activum op korte termijn (binnen één jaar) verkoopbaar is én verkoop de taakuitoefening van de provincie niet aantast.
De stille reserves worden bij voorbaat niet gekwantificeerd. Mocht de beschikbare weerstandscapaciteit niet toereikend zijn om de risico’s op te vangen, dan worden de stille reserves wél betrokken om de afweging te maken of de beschikbare weerstandscapaciteit moet worden aangevuld.
Onbenutte belastingcapaciteit
Jaarlijks stelt het rijk het maximaal toegestane niveau van de opcenten op de motorrijtuigenbelasting vast. Dit wettelijke maximum gaat in op 1 januari van het volgende belastingjaar. Het verschil tussen het maximaal mogelijke tarief en het feitelijk door de provincie gehanteerde tarief voor de opcenten, bepaalt de vrije of onbenutte belastingcapaciteit. Zie paragraaf 1 Provinciale heffingen.
De onbenutte belastingcapaciteit is structureel omdat deze potentiële opbrengst zich in beginsel elk jaar voordoet. Dit in tegenstelling tot een reserve die na aanwending is verdwenen.